Ik noem haar Lotte, het echt Hollands meisje. Ze staat in de keuken, bovenop de ijskast. Vandaar volgt ze al mijn bewegingen, schamper met haar uitdagende vragen. Dat heb je zeker nog nooit gemaakt of Ben je zenuwachtig of Zou je dat wel doen? Ze schijnt alles van me te weten, ik voel haar ogen in mijn rug. Maak je iets nieuws? Al weer?
Ik moet haar bewijzen dat ik het kan, doe expres nonchalant, acteer of ik meester ben van het aanrecht. Vergeet je de boontjes niet, die moeten niet zo lang, hoor ik haar in gedachten. Laat die quiche nog wat staan, wordt ie lekkerder van. Ze maakt me gek.
Die rabarbercompote gisteren was lekker, zegt ze zacht. Wat? Voor het eerst een compliment? Zo maakte mijn moeder hem ook, gaat ze verder en doet of ze last heeft van de zon. Ze pinkt stiekem een traantje weg.
Reactie plaatsen
Reacties