Ik weet ze allemaal te vinden mijn boeken, al zit er geen systeem in hun opstelling. Niet op abc, niet op schrijver, niet op kleur. Ik pak er zo eentje uit, noem er maar een, behalve natuurlijk het boek waar ik naar op zoek ben. Dat is altijd onvindbaar terwijl ik dacht dat het daar stond, of hier, de laatste keer dat ik het zag … ik zou het zweren.
Er lopen onzichtbare lijnen van hun inhoud naar mijn hoofd, virtuele verbindingen, zodat ik die woorden met me meedraag waar ik ook ben. Zij vormen mij.
Ik las ooit de volgende beginregels van een gedicht uit 1975 van Jorge Luis Borges:
‘Mijn boeken, die niet weten dat ik besta,
zijn net zo deel van mij als dit gezicht … ‘
Het mooie is dat ik altijd bij ze terecht kan, mijn boeken, dat ze nooit van mening veranderen.
Reactie plaatsen
Reacties